Bij de 21 Swings creëren mensen spelenderwijs een muziekstuk, dat door omstanders kan worden aangehoord. Het leuke aan dit project is dat dit gebeurd met een schommel. De schommel roept bij vrijwel iedereen bepaalde associaties op. Deze kunnen zich richten op hun jeugd, of op het opgroeien van hun kinderen etc. Dit zorgt ervoor dat de drempel laag is om deel te nemen aan deze installatie.
Een aantal vragen die bij me op komen zijn; Hoe kunnen we met onze installatie zorgen voor een door meerdere mensen gevormde visualisatie en/of constructie? Daarnaast vind ik het belangrijk om de vraag te stellen wat er nou gebeurd met de ruimte rondom de gemaakte installatie. Schermt deze installatie een bepaalde ruimte af? Maakt hij gebruik van alle ruimte om hem heen of maar een bepaald gedeelte? Reageert de installatie standaard op het gedrag van de gebruiker of moet deze gebruiker echt fysieke handelingen uitvoeren?
Ik ben van mening dat deze vragen gedurende het proces pas beantwoord kunnen worden, maar dat ze een paar mooie deuren open.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten